Hoe het verder ging

Het was wat, die bestorming van de Bastille. De revolutie is nu echt begonnen.

De filosofen begonnen met denken, dat gaven ze door aan de andere mensen in de 3e stand, dus ook aan jou. Het leven was zo niet eerlijk. De filosofen wilden alles verlichten (verklaren).

 Er waren veel filosofen maar een paar zijn echt de belangrijkste, Voltaire wilde dat de mensen konden zeggen wat ze willen, ze werden namelijk gecensureerd als ze andere dingen zeiden dan waar de kerk in geloofde. Ook vond Voltaire dat de koning niet alles zelf moest beslissen.

 

Ook was er John Lock, hij vond dat ieder mens gelijk was, zo zijn we namelijk geboren. Dit noemde hij ‘natuurrechten’, de natuur vind iedereen gelijk.

Ook Montesequieu vond dat de koning niet alle macht moest hebben. Hij bedacht de trias politica. Montsequieu wilde de macht in drie stukken scheiden:

- De wetgevende macht;

Dit waren de mensen die de wetten maken, die wetten moeten wel voldoen aan de grondwet. Dit werd gecontroleerd door de rechters.

- De uitvoerende macht;

Dit was de koning, hij moest zorgen dat de wetten goed werden uitgevoerd.

- De Rechtsprekende macht;

Dit waren de rechters. Ze zorgden voor een eerlijke rechtspraak en controleerde de wetgevende macht.

De koning was heel boos geworden over dat de burgers nu zelf na gingen denken. Hij censureerde de boeken waarin de filosofen de wereld verlichten. Censuur is je macht gebruiken om bepaalde groepen of mensen in de gaten te houden en er voor te zorgen dat er informatie wordt achter gehouden voor publiek. Lodewijk verbood dus om die boeken te lezen.

 Je krijgt nu zelf meer macht, samen met de andere mensen uit de 3e stand. Je trekt je niets aan van Lodewijk XVI.