Het begin

Vind je het al wat in dit tijdperk? Het lijkt nu nog allemaal rustig op het platteland, maar er zijn veel boeren die armoede lijden.

Je bent een boer op het platteland. Je leeft in de derde stand, je ziet dat de 1e en 2e belangrijke banen hebben maar je hebt ook gehoord dat geen belasting hoeven te betalen (privileges). De mensen van de 1e en 2e stand waren geestelijke en mensen van Adel. Je ziet dat sommige mensen in de derde stand het beter hebben dan jij ze worden de bourgeoisie genoemd, de mensen in de bourgeoisie zijn de rijke mensen.

     

Hier 'draagt' de 3e stand) Koning Lodewijk XIV)    
de 1e en 2e stand.         )                                  )    

Het werd opeens een hele koude winter. Het was zwaar om te overleven omdat je weinig eten had. Je was een vertegenwoordiger van de derde stand en je werd gevraagd om naar koning Lodewijk XVI te komen. Koning Lodewijk XVI had de absolute macht, hij had alle macht over iedereen maar vooral over de derde stand want die waren de gene die geen privileges kregen. Koning Lodewijk liet je komen omdat hij toestemming voor de belansting verhoging wilde. Want door de mislukte oogsten kreeg hij veel minder belasting.
Op de vergadering waren er 300 vertegenwoordigers van de geestelijke 1e stand (geestelijke), 300 vertegenwoordigers van 2e stand (de mensen van Adel) en 600 vertegenwoordigers van de 3e stand, daar zat jij in. Je dacht eindelijk gaat het eens eerlijk. Maar het ging niet eerlijk, hij vroeg aan de 3 standen wie is er voor de belasting verhoging? Toen staken de handen van de mensen uit de 1e en de 2e stand omhoog toen vroeg hij wie is er tegen? toen gingen alle handen van de 3e stand omhoog. Toen zei Lodewijk XVI er zijn er 2 voor en 1 tegen we voeren de belastingverhoging door.  

Dit is de standsamenleving voor de
Franse Revolutie

Daar was jij het helemaal niet mee eens en je vond het helemaal niet leuk. Je besloot mee te gaan doen met de nationale vergadering. Dat begon allemaal in juni 1789. Op 20 juni legde de nationale vergadering een eed af om niet uit elkaar te gaan totdat Frankrijk een grondwet had.

Toen jij en de andere burgers van Parijs hoorde dat er troepen naar Parijs kwamen wilde jullie je kunnen verdedigen. In de gevangenis De Bastille waren wapens. Jij en de andere burgers dringen de gevangenis binnen en stelen de wapens. Dat gebeurde op 14 juli 1789. 

Ook de bevolking op het platteland hoorde ervan en daar werd het ook onrustig. De kloosters en kastelen werden door de boeren geplunderd. Zo hadden de 1e en 2e stand geen macht meer.

In augustus 1789 werd door de Nationale Vergadering de privileges van de 1e en 2e stand afgeschaft. Dat stond in de Verklaring van de Rechten van de Mens en de Burger. Ook maakte ze in 1791 een nieuwe grondwet, dat was het einde van het absolute bestuur van koning XVI.